Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Wijzigingswet Ontgrondingenwet

 

Wet van 21 juni 2007 tot wijziging van de Ontgrondingenwet
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is de Ontgrondingenwet te wijzigen in verband met de voorgenomen afbouw van de regierol van het Rijk met betrekking tot de voorziening in bouwgrondstoffen door middel van ontgrondingen, alsmede in verband met de ervaringen die zijn opgedaan met de toepassing van de wet;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Artikel I
[Wijzigt de Ontgrondingenwet.]

Artikel II
1
Met betrekking tot het nemen van besluiten op aanvragen om een vergunning als bedoeld in artikel 8, eerste lid, van de Ontgrondingenwet en van andere daarmee verband houdende beschikkingen ten aanzien waarvan paragraaf 14.1 van de Wet milieubeheer is toegepast, die zijn ingediend voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet, blijft het recht zoals het gold voor dat tijdstip van toepassing.
2
Met betrekking tot het ambtshalve nemen van besluiten tot wijziging of intrekking van een vergunning als bedoeld in artikel 8, eerste lid, van de Ontgrondingenwet, ten aanzien waarvan voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet mededeling is gedaan van het ontwerp van het besluit, blijft het recht zoals het gold voor dat tijdstip van toepassing.
3
Met betrekking tot het beroep tegen een beschikking van het bestuur van een waterschap op grond van Hoofdstuk II bij gedeputeerde staten en tegen een beschikking van gedeputeerde staten op grond van artikel 17, eerste lid, zoals die luidden voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet en ingesteld voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet, blijft het recht zoals het gold voor dat tijdstip van toepassing.

Artikel III
[Wijzigt de Wet op de economische delicten.]

Artikel IV
[Wijzigt de Wet op de Ruimtelijke Ordening.]

Artikel V
[Wijzigt deze wet.]

Artikel VI
Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, met uitzondering van artikel I, onderdeel F, en H, onder 4, Q, S en U, die in werking treden met ingang van 1 januari 2009.
Lasten en bevelen, dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
Gegeven te ?s-Gravenhage, 21 juni 2007
Beatrix
De Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat , J. C. Huizinga-Heringa
Uitgegeven de zeventiende juli 2007
De Minister van Justitie ,
e
M. H. Hirsch Ballin